1. Gemeenschap

christ. gem. deel 1.pdf

Jezus hartewens dat Christenen wereldwijd één zijn.                        
HerzSt ( Johannes 17:20-23) 20 En Ik bid niet alleen voor dezen, maar ook voor hen die door hun woord in Mij zullen geloven, 21 opdat zij allen  één zullen zijn, zoals U, Vader, in Mij, en Ik in U, dat ook zij in Ons één zullen zijn, opdat de wereld zal geloven dat U Mij gezonden hebt. 22 En Ik heb hun de heerlijkheid gegeven die U Mij gegeven hebt, opdat zij één zijn, zoals Wij Eén zijn; 23 Ik in hen, en U in Mij, opdat zij volmaakt één zijn en opdat de wereld erkent dat U Mij gezonden hebt en hen liefgehad hebt, zoals U Mij hebt liefgehad.
——————————————————————————————————————–

Wat Jezus wil voor Zijn discipelen is dat allen samen in eenheid zijn in een wereldwijde Christelijke gemeenschap, zoals Jezus zelf ook één wil zijn met al Zijn discipelen.
Waarom zijn Christenen wereldwijd dan geen eenheid en is er zoveel verscheidenheid?
Hoe komt het dat Christenen wereldwijd het Christelijke geloof dan zo verschillend  beleven en willen uitdragen? Is het Christendom dan bedoeld voor zoveel verschillende uitleg?
Laten we voor de antwoorden hierop als eerste eens een gedeelte lezen in het boek Openbaring.
Jezus geeft in het boek Openbaring boodschappen aan 7 Christelijke gemeenten.
Bij de inspectie van de 7 gemeenten hadden 5 gemeenten ernstige problemen.
Efeze, Pergamus, Thyatira, Sardis en Laodicea werden door Jezus streng gecorrigeerd:

Op. 2:1 de gemeente in Efeze,… 4 Maar Ik heb tegen u dat u uw eerste liefde hebt verlaten.
Op. 2:8 de gemeente in Smyrna,…9 Ik ken uw werken, verdrukking en armoede, u bent echter rijk..
Op. 2:12 de gemeente in Pergamus,… 13 Ik ken uw werken en weet waar u woont, namelijk waar de troon van de satan is…14 Maar Ik heb enkele dingen tegen u, namelijk dat u daar mensen hebt die zich houden aan de leer van Bileam , die Balak leerde voor de Israëlieten een struikelblok neer te leggen, opdat zij afgodenoffers zouden eten en hoererij bedrijven. 15 Zo hebt u er ook die zich houden aan de leer van de Nikolaïeten en dat haat Ik.
Op. 2:18 de gemeente in Thyatira,…20 Maar Ik heb enkele dingen tegen u: dat u de vrouw Izebel, die van zichzelf zegt dat zij een profetes is, ongemoeid haar gang laat gaan…
Op. 3:1 de gemeente in Sardis,…Ik ken uw werken, en weet dat u de naam hebt dat u leeft, maar u bent dood.
Op. 3:7 de gemeente in Filadelfia,… 8 Zie, Ik heb voor uw ogen een geopende deur gegeven en niemand kan die sluiten,…
Op. 3:14 de gemeente in Laodicea…. 15 Ik ken uw werken, en weet dat u niet koud en niet heet bent. Was u maar koud of heet! 16…zal Ik u uit Mijn mond spuwen.

Allerlei redenen waren er waarom de 5 Christelijke gemeenten verkeerd bezig waren, zoals lauwheid in het geloof of geestelijk dood zijn. Maar er was nog een reden, die alle anderen redenen overtrof.

Het thema van dit artikel is waarom er Christelijke kennis nodig is, wat de betekenis is van vrijheid en waarheid en hoe de eerste Christenen hun geloof beleefden.

De belangrijkste reden dat de 5 gemeenten gecorrigeerd werden was de invloed van de afgoderij in de wereld, de aanbidding en misleiding van Satan en van de demonen:

HerzSt (2 Korinthe 11:14) 14 En geen wonder, want de satan zelf doet zich voor als een engel van het licht.

Het is Satans ultieme doel te strijden tegen het Christendom. Net zoals Satan er alles aan deed om Jezus Christus te vervolgen en om het leven te (laten) brengen (Lukas 22:3-5), zo zal hij er alles aan doen om het wereldwijde Christendom te vervolgen en uit te roeien, waarbij hij werkzaam is in de kinderen van de ongehoorzaamheid:  (Efeziërs 2:2)

HerzSt (Johannes 15:18-20) 18 Als de wereld u haat, weet dat zij Mij eerder dan u gehaat heeft. 19 Als u van de wereld zou zijn, zou de wereld het hare liefhebben, maar omdat u niet van de wereld bent, maar Ik u uit de wereld heb uitverkoren, daarom haat de wereld u. 20 Herinner u het woord dat Ik u gezegd heb: Een dienaar is niet meer dan zijn heer. Als zij Mij vervolgd hebben, zullen zij ook u vervolgen;

Personen die tot Satans kinderen behoren (Mattheüs 13:38)  worden dus de kinderen van de ongehoorzaamheid genoemd en kunnen in diverse disciplines worden waargenomen:
De geheime genootschappen met hun duistere macht, politici die meer geïnteresseerd zijn in eigenbelang en de baantjescarrousel voor hun partijleden dan het belang van het volk, de pers die regelmatig een verkeerde voorstelling van zaken geeft of leugens opdist, de centrale banken en financiële partijen die het gedrag vertonen van een gelegaliseerd rovershol, de demonische aanval op onze Christelijke jongeren door het geslachts-neutrale onderwijs met rollenspel en hoe bezorgde ouders door scholen buitenspel worden gezet:
https://fee.org/articles/how-school-districts-weaponize-child-protection-services-against-uncooperative-parents/
Christenen nemen – net zoals Jezus – afstand van deze goddeloze wereld en willen hier geen deel van zijn. Wat in de wereld is, is van Satan en is onder invloed van de leringen van demonen:

HerzSt (Lukas 4:6) 6 En de duivel zei tegen Hem (Jezus): Ik zal U al deze macht en de heerlijkheid van deze koninkrijken geven, want die is aan mij overgegeven en ik geef die aan wie ik maar wil;
HerzSt (1 Timotheüs 4:1) 1 Maar de Geest zegt uitdrukkelijk dat in latere tijden sommigen afvallig zullen worden van het geloof en zich zullen wenden tot misleidende geesten en leringen van demonen,
HerzSt (1 Johannes 2:15) 15 Heb de wereld niet lief en ook niet wat in de wereld is. Als iemand de wereld liefheeft, is de liefde van de Vader niet in hem.

Toeschouwers buiten de Christelijke gemeenschap kunnen de vreugde en liefde die Christenen voor hun Vader (YHWH) en voor elkaar hebben dan ook niet begrijpen, zij komen bij hen over als dwazen.
Maar de Schrift verklaart wie de echte dwazen zijn:

HerzSt (1 Korinthe 1:27) 27 Maar het dwaze van de wereld heeft God uitverkoren om de wijzen te beschamen, en het zwakke van de wereld heeft God uitverkoren om het sterke te beschamen.
HerzSt (1 Korinthe 3:19) 19 Want de wijsheid van deze wereld is dwaasheid bij God, want er staat geschreven: Hij vangt de wijzen in hun sluwheid.

  • Christenen willen een voorbeeld zijn

Christenen willen in navolging van Jezus laten zien dat het ook anders kan, dat mensen trouw aan hun hemelse Vader, hun Schepper, kunnen zijn en rechtvaardig kunnen zijn.
Maar om een wereldwijde eenheid te kunnen vormen, moeten we wel als eerste de basis  van de Christelijke beginselen onderscheiden en begrijpen hoe deze bedoeld zijn.
Christelijke beginselen zijn een zoektocht, maar wel een zoektocht van levensbelang.
In deze Christelijke zoektocht vormt het geestelijke HART ons bewustzijn:

HerzSt (1 Korinthe 4:4) 4 Want ik ben mij van niets bewust, maar daardoor ben ik nog niet gerechtvaardigd. Wie mij echter beoordeelt, is de Heere.

Hoe ons hart gevuld is, met goede of met slechte dingen, geeft dus aan waar we ons bewust van zijn:

HerzSt (Lukas 6:45) 45 De goede mens brengt het goede voort uit de goede schat van zijn hart, en de slechte mens brengt het slechte voort uit de slechte schat van zijn hart, want uit de overvloed van het hart spreekt zijn mond.

Bij elke Christen is de vulling van het hart verschillend.
Met een zwak of lauw geloof is de kans aanwezig dat het hart met een slechte schat worden gevuld:

HerzSt (Mattheüs 15:18-19) 18 Maar de dingen die uit de mond komen, komen voort uit het hart, en die verontreinigen de mens. 19 Want uit het hart komen voort kwaadaardige overwegingen, alle moord, overspel, ontucht, diefstal, valse getuigenissen, lasteringen.
HerzSt (Hebreeën 3:12) 12 Zie erop toe, broeders, dat er nooit in iemand van u een verdorven hart zal zijn, vol ongeloof, om daardoor afvallig te worden van de levende God;
HerzSt (2 Timotheüs 4: 3-4) 3 Want er zal een tijd komen dat zij de gezonde leer niet zullen verdragen, maar dat zij zullen zoeken wat het gehoor streelt, en voor zichzelf leraars zullen verzamelen overeenkomstig hun eigen begeerten.  4 Ze zullen hun gehoor van de waarheid afkeren en zich keren tot verzinsels.

Het geweten wordt gereinigd en zuiver als de godvruchtige vulling van het hart toeneemt.
Want het geweten, soms het knagende geweten, is volledig afhankelijk van het geestelijke hart:

HerzSt (1 Timotheüs 1:5) 5 Het einddoel nu van het gebod is liefde die voortkomt uit een rein hart, een goed geweten en een ongeveinsd geloof.
HerzSt (Hebreeën 10:22) 22 laten wij tot Hem naderen met een waarachtig hart, in volle zekerheid van het geloof, nu ons hart gereinigd is van een slecht geweten en ons lichaam gewassen is met rein water.

Christenen zijn zich er lang niet altijd van bewust, dat zij de tempel van God zijn:

HerzSt (1 Korinthe 3:16) 16 Weet u niet dat u Gods tempel bent en dat de Geest van God in u woont?
HerzSt (2 Korinthe 6:16) 16 Of welk verband is er tussen de tempel van God en de afgoden? Want u bent de tempel van de levende God, zoals God gezegd heeft: Ik zal in hun midden wonen en onder hen wandelen, en Ik zal hun God zijn en zij zullen Mijn volk zijn.

Die tempel moet dan ook rein zijn, geschikt gemaakt voor ontvangst van Gods Geest:

HerzSt (2 Johannes 1:9) 9 Ieder die overtreedt en niet blijft in de leer van Christus, die heeft God niet; wie in de leer van Christus blijft, die heeft zowel de Vader als de Zoon.

Pas dan zal de liefde van God worden waargenomen en de eenheid in Christus worden bemerkt.
Op dat moment geniet men vrijheid en kan de liefde ook worden uitgedragen, uit iemands hart:

HerzSt (Johannes 8:31-32) 31 Jezus dan zei tegen de Joden die in Hem geloofden: Als u in Mijn woord blijft, bent u werkelijk Mijn discipelen, 32 en u zult de waarheid kennen, en de waarheid zal u vrijmaken.
HerzSt (2 Korinthe 3:17) 17 De Heere nu is de Geest; en waar de Geest van de Heere is, daar is vrijheid.

Deze vrijheid is voor Jezus discipelen de totale onafhankelijkheid van het oordeel op de laatste dag voor zonde. Zij zijn zeker van een opstanding op basis van Jezus offer.
Wat Jezus ons wel heeft gevraagd is om God lief te hebben en onze naasten lief te hebben, zelfs onze vijanden: (Mattheüs 22:37,39,  Mattheüs 5:44)

HerzSt (Galaten 5:13-14) 13 Want u bent tot vrijheid geroepen, broeders, alleen niet tot die vrijheid die aanleiding geeft aan het vlees; maar dien elkaar door de liefde. 14 Want de hele wet wordt in één woord vervuld, namelijk hierin: U zult uw naaste liefhebben als uzelf.

Jezus heeft ons door zijn offer bevrijd van de slavernij van de zonde en echte vrijheid geschonken:

HerzSt (Johannes 8:34-36) 34 Jezus antwoordde hun: Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Ieder die de zonde doet,  is een slaaf van de zonde. 35 En de slaaf blijft niet eeuwig in het huis; de zoon blijft er eeuwig. 36 Als dan de Zoon u vrijgemaakt heeft, zult u werkelijk vrij zijn.
HerzSt (Romeinen 6:20-23) 20 Want toen u slaaf van de zonde was, was u vrij ten aanzien van de gerechtigheid. 21 Wat voor vrucht dan had u toen van de dingen waarover u zich nu schaamt? Immers, het einde daarvan is de dood. 22 Maar nu, van de zonde vrijgemaakt en aan God dienstbaar gemaakt, hebt u uw vrucht, die tot heiliging leidt, met als einde eeuwig leven. 23 Want het loon van de zonde is de dood,  maar de genadegave van God is eeuwig leven, door Jezus Christus, onze Heere.

De Schrift waarschuwt ons dat we ons niet opnieuw een slavenjuk laten aanmeten:

HerzSt (Galaten 5:1) 1 Sta dan vast in de vrijheid waarmee Christus ons vrijgemaakt heeft, en laat u niet weer met een juk van slavernij belasten.
HerzSt (2 Petrus 2:19) 19 Zij beloven aan hen vrijheid, terwijl zij zelf slaven van de verdorvenheid zijn; want door wie iemand overwonnen is, van hem is hij ook een slaaf geworden.

Ieder die overwonnen is door het geloof in Jezus Christus en zijn broeder liefheeft is bevrijd uit slavernij. Ieder die zondigt, is en blijft een slaaf van de zonde:

HerzSt (Johannes 8:34) 34 Jezus antwoordde hun: Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Ieder die de zonde doet,  is een slaaf van de zonde.
HerzSt (1 Johannes 3:14) 14 Wij weten dat wij zijn overgegaan uit de dood in het leven, omdat wij de broeders liefhebben; wie zijn broeder niet liefheeft, blijft in de dood.

Om als Christen onze eigen tempel  te reinigen en om de vrijheid te ontvangen hebben we kennis nodig en moeten we de waarheid kennen.

  • De waarheid zoeken

Maar wat betekent waarheid?

HerzSt (Johannes 18:37-38) 37 Pilatus dan zei tegen Hem: U bent dus toch een koning? Jezus antwoordde: U zegt dat Ik een Koning ben. Hiervoor ben Ik geboren en hiervoor ben Ik in de wereld gekomen: om voor de waarheid te getuigen. Iedereen die uit de waarheid is, geeft aan Mijn stem gehoor. 38 Pilatus zei tegen Hem: Wat is waarheid? ….

Wat was waarheid voor de eerste Christenen, de apostelen en de heiligen?
Gods woord is waarheid. (Joh. 17:17) En over Jezus wordt in Johannes geschreven als het Woord, dat vlees geworden is. Jezus – als het woord van God – spreekt dan ook uitsluitend de waarheid:

HerzSt (Johannes 1:14,17) 14 En het Woord is vlees geworden en heeft onder ons gewoond (en wij hebben Zijn heerlijkheid gezien, een heerlijkheid als van de Eniggeborene van de Vader), vol van genade en waarheid….17 Want de wet is door Mozes gegeven, de genade en de waarheid zijn er door Jezus Christus gekomen.

De Heilige Geest van God wordt de Geest van de waarheid genoemd:

HerzSt (Johannes 14:17) 17 namelijk de Geest van de waarheid, Die de wereld niet kan ontvangen, want zij ziet Hem niet en kent Hem niet, maar u kent Hem, want Hij blijft bij u en zal in u zijn.
HerzSt (Johannes 15:26) 26 Maar wanneer de Trooster is gekomen, Die Ik u zenden zal van de Vader, de Geest van de waarheid, Die van de Vader uitgaat, zal Die over Mij getuigen.
HerzSt (Johannes 16:13) 13 Maar wanneer Die komt, de Geest van de waarheid, zal Hij u de weg wijzen in heel de waarheid, want Hij zal niet vanuit Zichzelf spreken, maar wat Hij gehoord zal hebben, zal Hij spreken, en de toekomstige dingen zal Hij u verkondigen.

De waarheid, Gods woord, geldt voor alle Christenen:

HerzSt (2 Korinthe 4:2) 2 Integendeel, wij hebben de schandelijke, verborgen praktijken verworpen; wij wandelen niet in bedrog en vervalsen ook niet het Woord van God, maar door het openbaar maken van de waarheid bevelen wij onszelf aan bij elk menselijk geweten, in de tegenwoordigheid van God.
HerzSt (Kolossenzen 1:5) 5 vanwege de hoop die voor u is weggelegd in de hemelen. Hiervan hebt u eerder gehoord door het Woord van de waarheid, namelijk van het Evangelie.

Christenen aanbidden God (YHWH) in geest en in waarheid, in waarheid volgens het evangelie:

HerzSt (Johannes 4:23-24) 23 Maar de tijd komt en is er nu, dat de ware aanbidders de Vader zullen aanbidden in geest en waarheid, want de Vader zoekt wie Hem zo aanbidden. 24 God is Geest en wie Hem aanbidden, moeten Hem aanbidden in geest en waarheid.

Alleen via Jezus kunnen we onze hemelse Vader benaderen:

HerzSt (Johannes 14:6) 6 Jezus zei tegen hem: Ik ben de Weg, de Waarheid en het Leven. Niemand komt tot de Vader dan door Mij.
HerzSt (1 Timotheüs 2:4) 4 Die wil dat alle mensen zalig worden en tot kennis van de waarheid komen.

Christenen verheugen zich als hun kinderen geloof stellen in de Christus en dus in Gods woord:

HerzSt (3 Johannes 1:4) 4 Ik heb geen grotere blijdschap dan hierover dat ik hoor dat mijn kinderen in de waarheid wandelen.

Hoe gaat de wereld om met waarheid?

HerzSt (Romeinen 1:25) 25 Zij hebben de waarheid van God vervangen door de leugen, en het schepsel vereerd en gediend boven de Schepper, Die te prijzen is tot in eeuwigheid. Amen.
HerzSt (Jesaja 5:20-21) 20 Wee hun die het kwade goed noemen en het goede kwaad; die duisternis voorstellen als licht, en licht als duisternis; die bitter voorstellen als zoet en zoet als bitter. 21 Wee hun die in hun eigen oog wijs zijn en naar hun eigen mening  verstandig.

  • De eerste Christelijke gemeenschap en de eerste opbouw

De eerste gemeenten bestonden uit de apostelen en verder praktisch allemaal heiligen:

HerzSt (1 Korinthe 14:33) 33 Want God is geen God van wanorde, maar van vrede, zoals in alle gemeenten van de heiligen.

Discipelen van Jezus werden voor het eerst Christenen genoemd:

HerzSt (Handelingen 11:22, 26) 22 En het gerucht over hen kwam de gemeente die in Jeruzalem was, ter ore; en zij zonden Barnabas uit om het land door te gaan tot Antiochië toe…..26 En het gebeurde dat zij een heel jaar met de gemeente samenkwamen en een grote menigte onderwezen en dat de discipelen voor het eerst in Antiochië christenen genoemd werden.

Wat betekende de waarheid of Gods woord voor de eerste Christelijke gemeenten?

De apostelen en de heiligen hadden alles gemeenschappelijk:

HerzSt (Handelingen 2:42, 44) 42 En zij volhardden in de leer van de apostelen en in de gemeenschap, in het breken van het brood en in de gebeden…..44 En allen die geloofden, waren bijeen en hadden alle dingen gemeenschappelijk….
HerzSt (Handelingen 4:32) 32 En de menigte van hen die geloofden, was een van hart en een van ziel; en niemand zei dat iets van wat hij bezat, van hemzelf was, maar alles hadden zij gemeenschappelijk.

De apostelen hadden van Jezus hun opdrachten ontvangen:

HerzSt (Handelingen 1:2) 2  tot op de dag waarop Hij (Jezus) opgenomen is, nadat Hij door de Heilige Geest aan de apostelen, die Hij uitgekozen had,  opdrachten had gegeven.
HerzSt (Johannes 20:21) 21 Jezus dan zei opnieuw tegen hen: Vrede zij u! Zoals de Vader Mij gezonden heeft, zend Ik ook u.

De Heilige Geest werd uitgestort op de apostelen en de eerste discipelen:

HerzSt (Handelingen 1:13-14) 13 En toen zij in Jeruzalem gekomen waren, gingen zij naar de bovenzaal en bleven daar, namelijk Petrus en Jakobus en Johannes en Andreas, Filippus en Thomas, Bartholomeüs en Mattheüs, Jakobus, de zoon van Alfeüs, en Simon Zelotes, en Judas, de broer van Jakobus. 14 Dezen bleven allen eensgezind volharden in het bidden en smeken, met de vrouwen en Maria, de moeder van Jezus, en met  Zijn broers.
HerzSt (Handelingen 2:4) 4 En zij werden allen vervuld met de Heilige Geest en begonnen te spreken  in andere talen, zoals de Geest hun gaf uit te spreken.

Ze begonnen te spreken zoals de Geest hen ingaf, in verschillende talen, tegen Joden uit alle volken van de wereld,  Parthen, Meden, Elamieten, Mesopotamië, Judea, Kappadocië, Pontus, Asia, Frygië, Pamfylië, Egypte, streken van Libië, Romeinen, Kretenzen en Arabieren: (Hand. 2:9-11)

HerzSt (Handelingen 2:5) 5 Nu woonden er Joden in Jeruzalem, godvrezende mannen uit alle volken die er onder de hemel zijn.

Na het uitstorten van de Heilige Geest gaf Petrus een toespraak:

HerzSt (Handelingen 2:14-15, 38) 14 Maar Petrus, die daar met de elf andere apostelen stond, verhief zijn stem en sprak tot hen: Joodse mannen en u allen die in Jeruzalem woont, dit moet u bekend zijn en laat mijn woorden tot uw oren doordringen: 15 deze mensen zijn namelijk niet dronken, zoals u vermoedt, want het is pas het derde uur van de dag….38 En Petrus zei tegen hen: Bekeer u en laat ieder van u gedoopt worden in de Naam van Jezus Christus, tot vergeving van de zonden; en u zult de gave van de Heilige Geest ontvangen.

Ongeveer 3000 Joden gaven op die dag gehoor aan Petrus verzoek:

HerzSt (Handelingen 2:41-43) 41 Zij nu die zijn woord met vreugde aannamen, werden gedoopt; en ongeveer drieduizend zielen werden er op die dag aan hen toegevoegd. 42 En zij volhardden in de leer van de apostelen en in de gemeenschap, in het breken van het brood en in de gebeden. 43 En er kwam vrees over iedereen;  en er werden  veel wonderen en tekenen door de apostelen gedaan.

In die dagen deden de apostelen veel wonderen en tekenen en werd er als gemeenschap samen gebeden en gezamenlijk om de beurt in ieders huis het brood gebroken als maaltijd:

HerzSt (Handelingen 2:46-47) 46 En zij bleven dagelijks  eensgezind in de tempel bijeenkomen, en terwijl zij van huis tot huis brood braken, namen zij gezamenlijk voedsel tot zich, met vreugde en in eenvoud van hart; 47 en zij loofden God en vonden genade bij heel het volk.  En de Heere voegde dagelijks mensen die zalig werden, aan de gemeente toe.

De genezing van de kreupele man, die vanaf zijn geboorte  kreupel was:

HerzSt (Handelingen 3:6-7) 6 Petrus zei echter: Zilver en goud heb ik niet, maar wat ik heb, dat geef ik u:  in de Naam van Jezus Christus de Nazarener, sta op en ga lopen! 7 En hij greep hem bij de rechterhand en richtte hem op, en onmiddellijk werden zijn voeten en enkels vast.

Petrus en Johannes moeten voor het Sanhedrin verschijnen vanwege de genezing en mogen niet meer spreken of onderwijzen over Jezus:

HerzSt (Handelingen 4:20-22) 20 Want wij kunnen niet nalaten te spreken over wat wij gezien en gehoord hebben. 21 Maar zij dreigden hen nog meer en omdat zij niets konden vinden om hen te straffen, lieten zij hen gaan  ter wille van het volk; want ze verheerlijkten allen God over  wat er gebeurd was. 22 Want de man aan wie dit teken van genezing verricht was, was ouder dan veertig jaar.

Na hun vrijlating hadden de eerste Christenen vrijwillig gemeenschap van alles wat ze hadden:

HerzSt (Handelingen 4:31-32) 31 En toen zij gebeden hadden, werd de plaats waar zij bijeenwaren,  bewogen. En zij werden allen vervuld met de Heilige Geest en spraken het Woord van God met vrijmoedigheid. 32 En de menigte van hen die geloofden, was  een van hart en een van ziel;  en niemand zei dat iets van wat hij bezat, van hemzelf was, maar alles hadden zij gemeenschappelijk.

Alle Christelijke gemeenten waren autonoom, met leidinggevende mannen als oudsten.
Alleen in Jeruzalem verbleven de apostelen, die leiding gaven aan het onderwijzingswerk:

HerzSt (Handelingen 2:42) 42 En zij volhardden in de leer van de apostelen en in de gemeenschap, in het breken van het brood en in de gebeden.
HerzSt (Handelingen 6:2, 4) 2 En de twaalf riepen de menigte van de discipelen bij zich en zeiden:….4 Wij echter zullen volharden in het gebed en in de bediening van het Woord.

In die dagen begonnen ook de eerste onregelmatigheden in de Christelijke gemeenschap.
Ananias en zijn vrouw Saffira zeiden tegen de Christelijke gemeenschap dat ze de hele opbrengst van een perceel grond ter beschikking zouden stellen:

HerzSt (Handelingen 5:1-2, 4-5, 10-11) 1 En een zekere man, van wie de naam Ananias was, verkocht samen met zijn vrouw Saffira een eigendom, 2 en hield een deel van de opbrengst achter, ook met medeweten van zijn vrouw, en hij bracht een bepaald gedeelte en legde dat aan de voeten van de apostelen….4 Als het onverkocht gebleven was, bleef het dan niet van u, en toen het verkocht was, bleef de opbrengst dan niet tot uw beschikking? Waarom toch hebt u deze daad in uw hart voorgenomen? U hebt niet tegen mensen gelogen, maar tegen God. 5 Toen Ananias deze woorden hoorde, viel hij neer en gaf de geest.…. 10 En zij viel onmiddellijk voor zijn voeten neer en gaf de geest…. 11 En er kwam grote vrees over heel de gemeente en over allen die dit hoorden.

De apostelen bleven veel krachtige tekenen doen:

HerzSt (Handelingen 5:12) 12 En er gebeurden door de handen van de apostelen veel tekenen en wonderen onder het volk; en zij waren allen eensgezind bijeen in de zuilengang van Salomo.

De apostelen werden in de gevangenis gezet door de afgunstige religieuze Joodse leiders:

HerzSt (Handelingen 5:17-20) 17 Maar de hogepriester stond op, en allen die bij hem waren (dit was de sekte van de Sadduceeën) en zij werden vervuld met afgunst. 18 En zij sloegen hun handen aan de apostelen en zetten hen vast in de openbare gevangenis. 19 Maar een engel van de Heere opende ’s nachts de deuren van de gevangenis, bracht hen naar buiten en zei: 20 Ga in de tempel staan en spreek tot het volk al de woorden van dit leven.

De apostelen werden opnieuw gegrepen maar kwamen vrij door het betoog van de Farizeeër Gamaliël:

HerzSt (Handelingen 5:39-40) 39 maar als het van God afkomstig is, kunt u dat niet afbreken, opdat u niet misschien ook  tegen God blijkt te strijden. 40 En zij lieten zich door hem (Gamaliël) overtuigen; en toen zij de apostelen bij zich geroepen hadden, geselden zij hen en geboden hun dat zij niet zouden spreken in de Naam van Jezus, en zij lieten hen gaan.

De apostelen gingen dagelijks in de tempel of bij de mensen thuis onderwijzen:

Wllibrord (Handelingen 5:42) 42 Zij gingen door met dagelijks in de tempel en in de huizen onderricht te geven en de blijde Boodschap te verkondigen, dat Jezus de Messias is.

Er onstond gemopper van de Griekssprekende Christenen tegen de Hebreeuwse Christenen over de ondersteuning van de weduwen. De apostelen gaven de raad hier 7 mannen voor aan te stellen:

HerzSt (Handelingen 6:2-6) 2 En de twaalf riepen de menigte van de discipelen bij zich en zeiden:  Het is niet behoorlijk dat wij nalaten het Woord van God te verkondigen om de tafels te dienen. 3  Zie daarom uit, broeders, naar zeven mannen uit uw midden, van wie men een goed getuigenis geeft, vol van de Heilige Geest en van wijsheid, die wij voor deze noodzakelijke taak zullen aanstellen.  4 Wij echter zullen volharden in het gebed en in de bediening van het Woord. 5 En dit woord behaagde heel de menigte; en zij kozen Stefanus, een man  vol van geloof en van de Heilige Geest,  Filippus, Prochorus, Nicanor, Timon, Parmenas en Nicolaüs, een proseliet uit Antiochië. 6 Zij leidden hen  vóór de apostelen, en die  legden hun, nadat zij gebeden hadden, de handen op.

Stefanus werd door valse beschuldigingen – als zou hij Mozes en God gelasterd hebben – voor de Hoge Raad gebracht. Vervolgens hield Stefanus een betoog dat de Raad woedend maakte:

HerzSt (Handelingen 6:8, 12) 8 En Stefanus, vol geloof en kracht, deed wonderen en grote tekenen onder het volk…. 12 En zij brachten het volk, de oudsten en de schriftgeleerden in opschudding; en zij kwamen op hem af, grepen hem en brachten hem voor de Raad.
HerzSt (Handelingen 7:51-53) 51 Hardnekkigen en onbesnedenen van hart en oren, u verzet u altijd tegen de Heilige Geest; zoals uw vaderen deden, zo doet u ook. 52 Wie van de profeten hebben uw vaderen niet vervolgd? Zelfs hebben zij hen gedood die de komst van de Rechtvaardige aankondigden, van Wie u nu verraders en moordenaars geworden bent. 53 U, die de wet ontvangen hebt door de dienst van engelen, hebt die niet in acht genomen!

De steniging van Stefanus:

HerzSt (Handelingen 7:58-59) 58 En zij wierpen hem de stad uit en stenigden hem,  en de getuigen legden hun kleren af aan de voeten van een jongeman, die Saulus heette. 59 En zij stenigden Stefanus, terwijl deze Jezus aanriep en zei:  Heere Jezus, ontvang mijn geest.

Na de dood van Stefanus volgt een grote vervolging van de Christenen in Jeruzalem:

HerzSt (Handelingen 8:1, 3-4) 1 En  Saulus stemde van harte in met zijn dood. En er ontstond op die dag een grote vervolging tegen de gemeente die in Jeruzalem was;  en zij werden allen verspreid over de landstreken van Judea en Samaria, behalve de apostelen….. 3 En  Saulus begon de gemeente te verwoesten: hij ging de huizen binnen, sleepte mannen en vrouwen mee en leverde hen over in de gevangenis. 4 Zij dan die overal verspreid waren,  trokken het land door en verkondigden het Woord.

De evangelieprediker Filippus predikt in de stad Samaria, die Jezus voorheen gemeden had:

HerzSt (Mattheüs 10:5) 5 Deze twaalf zond Jezus uit en Hij gebood hun: U zult u niet op weg begeven naar de heidenen en u zult geen enkele stad van de Samaritanen binnengaan,
HerzSt (Handelingen 8:5, 12) 5 En Filippus daalde af naar de stad van Samaria en predikte hun Christus…. 12 Maar toen zij Filippus geloofden, die het Evangelie van het Koninkrijk van God en van de Naam van Jezus Christus verkondigde, werden zij gedoopt, zowel mannen als vrouwen.

Na de dood van koning Salomo werd de Joodse natie gesplitst en ontstonden er twee koninkrijken, het zuidelijke 2 stammen rijk Juda en het noordelijke 10 stammen rijk Israël.
Samaria, de stad, was de hoofdstad van het noordelijke koninkrijk Israël. Het was ook de naam voor het gebied of het land om de hoofdstad, wat evenals Galilea tot het koninkrijk Israël behoorde.Na de Assyrische belegering van de stad Samaria werden er velen gedeporteerd uit het land Samaria, en weer later werden er nieuwe bewoners uit andere landen naar de steden van Samaria gezonden.
Deze nieuwe bewoners brachten hun eigen religie en hun eigen goden mee:

HerzSt (2 Koningen 17:24) 24 De koning van Assyrië bracht mensen uit Babel, uit Chuta, uit Avva, uit Hamath en Sefarvaïm, en liet hen in de steden van Samaria wonen, in plaats van de Israëlieten. Zij namen Samaria in bezit en woonden in zijn steden.

Deze afbeelding heeft een leeg alt-attribuut; de bestandsnaam is Samaria.jpg

HerzSt (Handelingen 8:14-17, 25) 14 Toen de apostelen die in Jeruzalem waren, hoorden dat Samaria het Woord van God aangenomen had, stuurden zij Petrus en Johannes naar hen toe, 15 en toen die aangekomen waren, baden zij voor hen dat zij de Heilige Geest mochten ontvangen. 16 (Want Hij was nog op niemand van hen gevallen, maar zij waren alleen gedoopt in de Naam van de Heere Jezus.) 17 Toen legden zij hun de handen op en zij ontvingen de Heilige Geest….. 25 Toen zij dan getuigd hadden van het Woord van de Heere en het gesproken hadden, keerden zij terug naar Jeruzalem en verkondigden het Evangelie in veel dorpen van de Samaritanen.

Het was voor het eerst dat de Samaritaanse Joden nu ook de Heilige Geest ontvingen.
Filippus wordt vervolgens door een engel verzocht om te prediken tot een hoveling uit Ethiopië en deze hoveling, een eunuch en een heiden, wordt gedoopt:

Willibrord (Handelingen 8:26-28, 35-38) 26 Een engel van de Heer sprak tot Filippus: “Begeef u op reis naar het zuiden en ga de weg op die van Jeruzalem naar Gaza loopt. Deze is eenzaam.” 27 Hij begaf zich op reis. Terzelfder tijd bevond een Ethiopiër zich op de terugweg van een pelgrimstocht naar Jeruzalem; hij was een eunuch, een hoveling van Kándake, de koningin van de Ethiopiërs, en haar opperschatmeester. 28 Gezeten in zijn reiskoets was hij de profeet Jesaja aan het lezen….35 Filippus begon te spreken en uitgaande van deze tekst verkondigde hij hem Jezus. 36 Al voortreizende kwamen ze bij een water en de hoveling zei: “Hier is water. Wat is erop tegen, dat ik gedoopt word?” 37 Hij liet de koets stilhouden en beiden, 38 Filippus en de eunuch, daalden af in het water en hij doopte hem.

In die dagen ging Saulus op weg naar Damascus (Syrië) om Christenen te vinden en die geboeid naar Jeruzalem te brengen:

HerzSt (Handelingen 9:3-4) 3 En terwijl hij (Saulus) onderweg was, gebeurde het dat hij dicht bij Damascus kwam.  En plotseling  omscheen hem een licht vanuit de hemel, 4 en toen hij op de grond gevallen was, hoorde hij een stem die tegen hem zei: Saul, Saul, waarom vervolgt u Mij?

Saulus werd blind door het licht en Jezus zei hem om naar Damascus te gaan:

HerzSt (Handelingen 9:6-8) 6 En hij zei, bevend en verbaasd: Heere,  wat wilt U dat ik doen zal? En de Heere zei tegen hem: Sta op en ga de stad in en daar zal u gezegd worden wat u moet doen. 7 En de mannen die met hem meereisden, stonden sprakeloos, want zij hoorden wel de stem, maar zagen niemand. 8 En Saulus stond op van de grond; en toen hij zijn ogen opendeed, zag hij niemand. En zij leidden hem bij de hand en brachten hem naar Damascus.

De discipel Ananias uit Damascus wordt door Jezus gevraagd om Sauls ogen weer te openen:

HerzSt (Handelingen 9:13-15) 13 Ananias antwoordde echter: Heere, ik heb van velen over deze man gehoord  hoeveel kwaad hij Uw heiligen in Jeruzalem gedaan heeft; 14   en hij heeft hier volmacht van de overpriesters om allen gevangen te nemen die Uw Naam aanroepen. 15 Maar de Heere zei tegen hem: Ga,  want deze is voor Mij een uitverkoren instrument om Mijn Naam te brengen naar de heidenen en de koningen en de Israëlieten.

Nadat Saulus (naderhand Paulus genoemd) weer kon zien ging hij in Damascus prediken:

HerzSt (Handelingen 9:20-21) 20 En meteen predikte hij Christus in de synagogen, dat Hij de Zoon van God is. 21 En allen die het hoorden, waren buiten zichzelf en zeiden: Is dit niet degene die in Jeruzalem hen die deze Naam aanriepen, uitroeide, en die daarom hier gekomen is om hen geboeid naar de overpriesters te brengen?

De genezing van de verlamde Eneas:

HerzSt (Handelingen 9:32-34) 32 En het gebeurde dat Petrus, toen hij overal rondreisde, ook bij de heiligen kwam die in Lydda woonden. 33 En daar vond hij een man van wie de naam Eneas was, die al acht jaar op bed lag en verlamd was. 34 En Petrus zei tegen hem: Eneas, Jezus Christus maakt u gezond; sta op en maak voor uzelf uw bed op! En hij stond meteen op.

De opwekking van Tabitha:

HerzSt (Handelingen 9:36-37, 40) 36 En er was in Joppe een zekere discipelin van wie de naam Tabitha was, wat vertaald Dorkas betekent. Deze was overvloedig in goede werken, en in liefdegaven die zij schonk. 37 En het gebeurde in die dagen dat zij ziek werd en stierf; en toen men haar gewassen had, legde men haar in de bovenzaal.….. 40 Maar nadat Petrus allen naar buiten had gestuurd, knielde hij neer en bad; en hij keerde zich naar het lichaam en zei: Tabitha, sta op! En zij deed haar ogen open en zodra zij Petrus zag, ging zij overeind zitten.

De bijzondere heiliging en doop van de eerste heidenen, de hoofdman Cornelius en zijn familie:

HerzSt (Handelingen 10:1-2) 1 En er was een man in Caesarea, van wie de naam Cornelius was, een hoofdman over honderd van de afdeling die de Italiaanse genoemd werd, 2 een vroom man, die met heel zijn huis God vreesde, veel liefdegaven aan het volk gaf en voortdurend tot God bad.

Een engel bezoekt Cornelius en verzoekt hem om Petrus te gaan halen:

HerzSt (Handelingen 10:5-8) 5 Stuur nu mannen naar Joppe en ontbied Simon, die ook Petrus genoemd wordt. 6 Deze is te gast bij een zekere Simon, een leerlooier, die zijn huis bij de zee heeft. Hij zal u zeggen wat u moet doen. 7 En toen de engel die tot Cornelius sprak, weggegaan was, riep hij twee van zijn huisslaven, en een vrome soldaat uit hen die steeds bij hem waren; 8 en toen hij hun alles verteld had, stuurde hij hen naar Joppe.

De havenstad Jafo of Yafo uit het oude testament is Joppe in het nieuwe testament.
De stad ligt aan de kust maar heet tegenwoordig Jaffa en is een voorstad van Tel Aviv.
Ceasaria is ook een kustplaats en ligt ongeveer 60 km ten noorden van Jaffa.

Ondertussen krijgt Petrus een visioen:

HerzSt (Handelingen 10:9-16) 9 En de volgende dag, terwijl zij op reis waren en de stad naderden,  klom Petrus op het dak om te bidden, ongeveer op het zesde uur, 10 en hij kreeg honger en wilde iets nuttigen. En terwijl zij het eten bereidden, raakte hij in geestvervoering. 11 En hij zag de hemel geopend en een voorwerp naar zich toe komen, dat leek op een groot linnen laken, dat aan de vier hoeken vastgebonden was en neergelaten werd op de aarde, 12 waarin zich al de viervoetige dieren van de aarde bevonden, de wilde en de kruipende dieren en de vogels in de lucht. 13 En er kwam een stem tot hem: Sta op, Petrus, slacht en eet! 14 Maar Petrus zei: Beslist niet, Heere, want  ik heb nooit iets gegeten wat onheilig of onrein is. 15 En er kwam opnieuw, voor de tweede keer, een stem tot hem: Wat God gereinigd heeft, mag u niet voor onheilig houden! 16 En dit gebeurde tot driemaal toe; en het voorwerp werd weer opgenomen in de hemel.

Het Joodse volk had zich te houden aan de wet van Mozes:

HerzSt (Leviticus 11:46-47) 46 Dit is de wet met betrekking tot de dieren, de vogels en alle levende wezens die in het water krioelen, en alle wezens die zich op aarde voortbewegen, 47 om onderscheid te maken tussen het onreine en het reine, en tussen de dieren die men eten en de dieren die men niet eten mag.

Met het Nieuwe Verbond dat Jezus had gesloten (Matt. 26:28) gold de wet van Mozes niet meer.
Volgens het Nieuwe Verbond is reinheid dus niet meer afhankelijk van welke dieren je eet.
Dit werd tot ‘drie maal’ toe duidelijk gemaakt aan Petrus, wat ‘het is zeker’ betekent.
Petrus mocht ook de heidenen niet langer als onrein beschouwen en werd dringend door de Geest verzocht om met de drie mannen mee te gaan:

HerzSt (Handelingen 10:19-20) 19 Terwijl Petrus nog over dat visioen nadacht, zei de Geest tegen hem: Zie, drie mannen zoeken u; 20  sta daarom op, ga naar beneden en reis met hen mee. Twijfel niet, want Ik heb hen gestuurd.

Petrus gaat met de drie mannen mee naar Ceasaria, naar Cornelius:

HerzSt (Handelingen 10:27-28, 34-35, 43-44) 27 En terwijl hij met hem sprak, ging hij naar binnen en trof er velen aan die samengekomen waren. 28 En hij zei tegen hen:  U weet dat het een Joodse man niet toegestaan is om met iemand van een ander volk om te gaan of bij hem binnen te gaan;  maar God heeft mij laten zien dat ik geen mens onheilig of onrein mag noemen….34 En Petrus opende zijn mond en zei: Ik zie nu in waarheid in  dat God niet iemand om de persoon aanneemt; 35 maar in ieder volk is degene die Hem vreest en gerechtigheid doet, Hem welgevallig….43 Van Hem getuigen al de profeten  dat ieder die in Hem gelooft, vergeving van zonden ontvangen zal door Zijn Naam.  44  Terwijl Petrus deze woorden nog sprak, viel de Heilige Geest op allen die het Woord hoorden.

Terwijl Petrus nog sprak werden allen geheiligd, God liet hier mee zien dat deze mensen aanvaard waren. Voor Petrus was het een ongebruikelijke volgorde dat allen pas daarna gedoopt werden:

HerzSt (Handelingen 10:47-48) 47 Kan iemand soms het water weren, zodat deze mensen, die evenals wij de Heilige Geest ontvangen hebben, niet gedoopt zouden worden? 48 En hij beval dat zij gedoopt zouden worden in de Naam van de Heere. Toen vroegen zij hem enkele dagen bij hen te blijven.

Tot slot:

Het Christendom is gebaseerd op vrijheid, het is geen nieuw slavenjuk.
Maar veel Christelijke groeperingen verschillen van mening over de basis leerstellingen, zoals wat het wil zeggen een Christen te zijn:

HerzSt (1 Korinthe 8:6) 6 toch is er voor ons maar één God: de Vader, uit Wie alle dingen zijn, en wij voor Hem, en één Heere: Jezus Christus, door Wie alle dingen zijn en wij door Hem.

Vanaf het eerste begin dat de Christelijke gemeenschappen bestonden kwamen zij bijeen als kleine gemeenschappen in hun huizen of in openbare ruimten en gebouwen zoals de tempel of de pleinen.
Ware Christenen zijn door alle tijden heen te herkennen aan hun vruchten:

HerzSt (Mattheüs 12:33) 33 Stel dat de boom goed is, dan is ook zijn vrucht goed; of dat de boom slecht is, dan is ook zijn vrucht slecht. Want aan de vrucht wordt de boom gekend.

In het volgende artikel zullen we ingaan op de organisatie van de eerste gemeenten, de problemen die ontstonden en hoe zij het geloof als gemeenschap beleefden en versterkten.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *