(Daniël 12:4) 4 Maar u, Daniël, houd deze woorden geheim en verzegel dit boek tot de tijd van het einde. Velen zullen het onderzoeken en de kennis zal toenemen.
. (Alle aanhalingen uit de Herziene Statenvertaling)
————————————————————————————————————
Na het uitleggen van de eerste droom, noemde Nebukadnezar de God van Daniël: ‘de God der goden en de Heere der koningen’. Daniël werd in een hoge positie opgenomen aan het hof van Babylon als heerser over de hele provincie Babel en op Daniëls verzoek werden Sadrach, Mesach en Abed-Nego aangesteld over het bestuur van het gewest Babel (Dan. 2:47-49).
Samenvatting deel 1:
De tempel van Jeruzalem, de plaats van aanbidding van God, verwoest rond 586 v.Chr.
Met de grote afval van Christenen wordt in deze dagen Gods geestelijke tempel verwoest.
Het toenmalige getrouwe Joodse volk, die vanwege dat de afvallige Joden hun God verlieten en zich overgaven aan afgoderij, raakten eveneens in slavernij van Babylon.
Vanwege de grote Christelijke afval door het verlaten van God, zijn getrouwe Christenen eveneens in slavernij geraakt van het grote Babylon, het rijk van de financiële wereld.
De overheersing door heidenen van Gods volk, in die dagen het Joodse volk, tot aan het besluit.
De tegenbeeldige overheersing van Gods volk, nu de Christenen, tot aan het besluit.
Thema: Het boek Daniël, waar Christenen kracht uit halen in de laatste dagen
Daniël hoofdstuk 3
De aanbidding van het gouden beeld van Nebukadnezar en de redding van de getrouwe Joodse jongemannen uit de vuuroven.
De tegenbeeldige aanbidding van het beeld en de redding van getrouwe Christenen voor het vuur.
Daniël en zijn 3 metgezellen hadden Babylonische namen gekregen, als teken van onderworpenheid:
(Daniël 1:7) 7 Het hoofd van de hovelingen gaf hun andere namen. Daniël noemde hij Beltsazar, Hananja Sadrach, Misaël Mesach en Azarja Abed-Nego.
Koning Nebukadnezar liet een gouden beeld maken waarvan de hoogte zestig el was (+/- 30m).
Het gouden afgodsbeeld was een symbool van wereldmacht , Babylon was in die dagen de grote wereldmacht. Dat het beeld van goud was geeft de verheven positie van het rijk aan.
Nebukadnezar liet een boodschap sturen naar alle notabelen en leiders in zijn rijk om het nieuwe beeld in te wijden. Hij wilde door gemeenschappelijke eenheid en aanbidding een toegewijde bestuurslaag bevestigd zien:
(Daniël 3:2) 2 En koning Nebukadnezar stuurde een boodschap om de stadhouders, de machthebbers, de landvoogden, de raadsheren, de schatbewaarders, de rechters, de magistraten en al de autoriteiten van de gewesten te verzamelen, om naar de inwijding van het beeld te komen dat koning Nebukadnezar had opgericht.
Op het moment dat de aanwezigen het geluid hoorden van de hoorn, fluit, citer, luit, lier, panfluit en allerlei muziekinstrumenten, moesten ze neervallen en het gouden beeld aanbidden.
Wie niet zou neervallen en zou aanbidden, zou in de brandende vuuroven worden geworpen. Het gouden beeld was een afgodsbeeld.
Sadrach, Mesach en Abed-Nego waren als bestuursleden van het gewest Babel ook uitgenodigd (Daniël 2:49). Zij waren uit gehoorzaamheid aanwezig bij de ceremonie, maar zij beseften dat voor het beeld buigen volgens hun geloof niet geoorloofd was.
Toen het Chaldeeuwse volk de geluiden hoorden, vielen zij allen neer en aanbaden het beeld dat koning Nebudkadnezar had opgericht. Maar niet de Joodse metgezellen van Daniël, te weten Sadrach, Mesach, en Abed-Nego. Zij hielden zich strikt aan de wet van Mozes.
Mozes had op de berg Sinaï de twee stenen tafelen ontvangen met de 10 geboden.
Het tweede gebod was dat het Joodse volk geen afgoden mochten aanbidden of er voor buigen:
(Exodus 20:4-5) 4 U zult voor uzelf geen beeld maken, geen enkele afbeelding van wat boven in de hemel, of beneden op de aarde of in het water onder de aarde is. 5 U zult zich daarvoor niet neerbuigen, en die niet dienen, want Ik, de HEERE, uw God, ben een na-ijverig God, Die de misdaad van de vaderen vergeldt aan de kinderen, aan het derde en vierde geslacht van hen die Mij haten,….
Enkele Chaldeeuwse mannen beschuldigden de Joodse jongemannen Sadrach, Mesach en Abed-Nego dat ze het beeld niet aanbeden hadden:
(Daniël 3:8-12) 8 Daarom kwamen op datzelfde tijdstip Chaldeeuwse mannen naar voren, die de Joden openlijk beschuldigden. 9 Zij namen het woord en zeiden tegen koning Nebukadnezar: O koning, leef in eeuwigheid! 10 U, o koning, hebt zelf bevel gegeven dat iedereen die het geluid zou horen van de hoorn, fluit, citer, luit, lier, panfluit, en allerlei muziekinstrumenten, moest neervallen en het gouden beeld aanbidden, 11 en dat wie niet zou neervallen en aanbidden, midden in de brandende vuuroven zou worden geworpen. 12 Nu zijn er Joodse mannen die u over het bestuur van het gewest Babel hebt aangesteld, namelijk Sadrach, Mesach en Abed-Nego. Deze mannen hebben op uw bevel, o koning, geen acht geslagen. Uw goden vereren zij niet, en het gouden beeld dat u hebt opgericht, aanbidden zij niet.
Dit is wat deze getrouwe metgezellen van Daniël als antwoord aan koning Nebukadnezar gaven:
(Daniël 3:17-19) 17 Als het moet, kan onze God, Die wij vereren, ons verlossen uit de brandende vuuroven, en Hij zal ons, o koning, uit uw hand verlossen. 18 En zo niet, het zij u bekend, o koning, dat wij uw goden niet zullen vereren en het gouden beeld dat u hebt opgericht, niet zullen aanbidden. 19 Toen werd Nebukadnezar met grimmigheid vervuld, en zijn gelaatsuitdrukking tegenover Sadrach, Mesach en Abed-Nego veranderde. Hij nam het woord en zei dat men de oven zevenmaal heter moest stoken dan men gewoon was hem te stoken.
Sadrach, Mesach en Abed-Nego werden – met hun kleding gebonden – in het vuur gegooid:
(Daniël 3:23-25,28) 23 Maar toen deze drie mannen – Sadrach, Mesach en Abed-Nego – gebonden met hun kleding midden in de brandende vuuroven gevallen waren, 24 sloeg koning Nebukadnezar de schrik om het hart. Haastig stond hij op, nam het woord en zei tegen zijn raadslieden: Hebben wij niet drie mannen gebonden midden in het vuur geworpen? Zij antwoordden en zeiden tegen de koning: Jazeker, o koning! 25 Hij antwoordde en zei: Zie, ik zie vier mannen midden in het vuur vrij rondlopen! Zij hebben geen letsel en de aanblik van de vierde lijkt op die van een zoon van de goden…..28 Nebukadnezar nam het woord en zei: Geloofd zij de God van Sadrach, Mesach en Abed-Nego, Die Zijn engel heeft gezonden en Zijn dienaren heeft verlost, die op Hem hebben vertrouwd, het bevel van de koning hebben weerstaan en hun lichaam hebben overgegeven, omdat zij geen enkele god wilden vereren of aanbidden dan hún God.
Deze drie jongeren werden buitengewoon zwaar beproefd op hun geloof, maar werden gered door een engel in de extra opgestookte vurige oven, terwijl degenen die hen in de oven moesten gooien werden gedood door het buitengewoon hete vuur (Daniël 3: 20-25).
Zij roken niet naar het vuur en geen haar op hun hoofd was geschroeid (Daniël 3:26-27).
Koning Nebukadnezar loofde de God van Sadrach, Mesach, en Abed-Nego, waar zij op hadden vertrouwd en vaardigde het bevel uit dat elk volk, natie of taal die zou lasteren over hun God gedood zou worden (Daniël 3:28-29).
Waarom is dit gedeelte zo interessant voor Christenen?
Ook Openbaring beschrijft een beeld dat alle mensen moeten aanbidden.
Het beeld dat door de aardbewoners gemaakt zal moeten worden voor het wilde beest (met 7 koppen), waarvan de laatste kop of wereldmacht genezen was.
Het lijkt op het beeld dat Nebukadnezar in zijn droom zag. Nebukadnezars beeld vertegenwoordigde zijn wereldmacht. Het beeld van het wilde beest vertegenwoordigd dus – net zoals het beeld van Nebukadnezar – wereldmacht, nu de VS. Dit beeld of deze afbeelding dat door de aardbewoners gemaakt moet worden, kan door toedoen van ‘het beest met de 2 horens’ spreken en heeft de macht te doden wie het beeld niet aanbidden:
(Openbaring 13:14-15) 14 ….terwijl het (het beest met de 2 horens, de Antichrist) tot hen die op de aarde wonen, zegt dat zij een beeld moeten maken voor het wilde beest dat de zwaardslag had en toch weer opgeleefd was. 15 En het (het beest met de 2 horens, de Antichrist) werd hem toegestaan adem aan het beeld van het wilde beest te geven, zodat het beeld van het wilde beest niet alleen zou spreken maar ook zou bewerken dat allen die het beeld van het wilde beest op generlei wijze zouden aanbidden, gedood werden.
De valse profeet of Antichrist krijgt van Satan de macht om dit beeld of afbeelding een geest te geven. Satan is een geest . Bedenk dat Satan heeft aangegeven om aanbeden te willen worden:
(Lukas 4:6-7) 6 En de duivel zei tegen Hem: Ik zal U al deze macht en de heerlijkheid van deze koninkrijken geven, want die is aan mij overgegeven en ik geef die aan wie ik maar wil; 7 dus, als U mij zult aanbidden, zal het allemaal van U zijn.
Het zal dus geen gewone geest of demon zijn, maar hij (Satan) zal bezit nemen van dat gedrocht.
Iedereen zal dat beeld moeten aanbidden, anders zult u worden gedood. (Op. 13:15)
Het is zonder meer de aanbidding van Satan.
Als het gedrocht, een product van Satan, eenmaal is samengesteld komt de volgende stap.
Dat gedrocht zal zelfs kunnen spreken, en dat hebben we reeds eerder door Satan gedemonstreerd gezien in Genesis 3:1.
Zoals in het geval van de Joodse jongeren bij Nebukadnezar, zullen getrouwe Christenen nooit toegeven om deze afgod of Satan te aanbidden.
In Openbaring staat geschreven wat degenen te wachten staat, die het beeld wel aanbidden:
(Openbaring 14:9-10) 9 En een derde engel volgde hen, die met een luide stem zei: Als iemand het beest en zijn beeld aanbidt, en het merkteken op zijn voorhoofd of op zijn hand ontvangt, 10 dan zal hij ook drinken van de wijn van de toorn van God,….
De wederkomst, met vuur vergezeld
De discipelen vroegen aan Jezus hoe de wederkomst er uit zou zien.
De zon, maan en sterren zullen verduisterd worden. Heftige reacties aan de hemel zullen zich voordoen, bloed, vuur en rookwalm:
(Handelingen 2:19-20) 19 En Ik zal wonderen geven in de hemel boven en tekenen op de aarde beneden: bloed, vuur en rookwalm. 20 De zon zal veranderd worden in duisternis en de maan in bloed, voordat de grote en ontzagwekkende dag van de Heere komt. (Zie ook Joël 2:29-31)
(Lukas 17:26,29-30) 26 En zoals het gebeurde in de dagen van Noach, zo zal het ook zijn in de dagen van de Zoon des mensen….29 Op de dag echter waarop Lot uit Sodom wegging, regende het vuur en zwavel uit de hemel en bracht hen allen om. 30 Evenzo zal het zijn op de dag waarop de Zoon des mensen geopenbaard zal worden.
Op. 8:7 1e bazuin 1/3 deel van de aarde verbrandt door hagel en vuur met bloed vermengd
Op. 8:8 2e bazuin 1/3 deel van de zee sterft en wordt bloed door een grote berg van vuur
Op. 8:10 3e bazuin 1/3 deel van de rivieren en waterbronnen worden bitter door een grote brandende ster
En zoals Nebukadnezar de aanblik zag van ‘een zoon van de goden’ (Daniël 3:25) die de getrouwe jongemannen redde, zo zullen getrouwe Christenen met haast gered worden door engelen:
(Mattheüs 24:31) 31 En Hij zal Zijn engelen uitzenden onder luid bazuingeschal, en zij zullen Zijn uitverkorenen bijeenbrengen uit de vier windstreken, van het ene uiterste van de hemelen tot het andere uiterste ervan.
Daniël hoofdstuk 4
Gods volk zou vanaf de roeping van Abraham in 7 periodes van wereldmachten bestuurd gaan worden door koningen die hun verstand verloren hadden.
De verstandeloze 7 wereldmachten lopen nu teneinde. Wat zich nu wereldwijd afspeelt, is dat de demonen uit gaan naar de bestuurders om hen te verzamelen voor de grote climax (Op. 16:14).
In Daniël hoofdstuk 4 wordt gesproken over 7 tijden, dus eerst een korte uitleg hierover.
Volgens diverse Bijbelonderzoekers heeft het in Daniël gebruikte woord tijden betrekking op tijdsperioden, op ‘profetische’ jaren van 360 dagen en wijken af van de Hebreeuwse kalender. (Zie voor verdere uitleg van de profetische jaren: 2. Toekomst)
De tweede droom van Nebukadnezar
(Daniël 4:10-17) 10 De visioenen nu die mij op mijn bed voor ogen kwamen, waren deze: Ik keek toe, en zie, een boom, midden op de aarde, groot was zijn hoogte. 11 De boom werd groot en sterk, zijn hoogte reikte tot de hemel en hij was te zien tot aan het einde van heel de aarde. 12 Zijn loof was prachtig en zijn vruchten waren talrijk, er zat voedsel aan voor allen. Onder hem vonden de dieren van het veld schaduw en de vogels in de lucht verbleven in zijn takken. Alle vlees werd door hem gevoed. 13 In de visioenen die mij op mijn bed voor ogen kwamen, keek ik toe, en zie, een wachter, namelijk een heilige, daalde neer uit de hemel. 14 Hij riep met kracht en zei het volgende: Houw die boom om, kap zijn takken, stroop zijn loof af, verstrooi zijn vruchten, zodat de dieren er vanonder wegvluchten en de vogels van zijn takken. 15 Maar laat de stam met zijn wortels in de aarde, en wel in een ijzeren en bronzen band, in het jonge gras van het veld. Laat hem bevochtigd worden door de dauw van de hemel en laat zijn deel, samen met de dieren, in het gras van de aarde zijn. 16 Laat zijn hart worden veranderd, zodat het niet meer dat van een mens is, laat hem het hart van een dier worden gegeven. Laten er zeven tijden over hem voorbijgaan. 17 Dit bevel berust op het besluit van de wachters en dit verzoek op het woord van de heiligen, opdat de levenden erkennen dat de Allerhoogste Heerser is over het koningschap van mensen, en dat geeft aan wie Hij wil, en daarover zelfs de laagste onder de mensen aanstelt.
De wortelstomp veranderd vanaf vers 16 ineens van ‘met een mensenhart’ naar ‘met een dierenhart’.
Die grote boom vertegenwoordigde Nebukadnezar en zijn heerschappij volgens Daniël 4:20-22.
(Daniël 4:25-27) 25 Men zal u namelijk uit de mensenwereld verstoten, en u zult uw verblijf hebben bij de dieren van het veld. Men zal u gras te eten geven, zoals aan runderen, en u zult bevochtigd worden door de dauw van de hemel. Zeven tijden zullen over u voorbijgaan, totdat u erkent dat de Allerhoogste Heerser is over het koningschap van de mensen en dat geeft aan wie Hij wil. 26 Dat er ook gezegd is dat men de stam met de wortels van de boom moest laten staan – uw koningschap zal bestendig zijn nadat u erkend zult hebben dat de God van de hemel de Heerser is. 27 Daarom, o koning, laat mijn raad u welgevallig zijn: breek met uw zonden door gerechtigheid te betrachten en met uw ongerechtigheden door genade te bewijzen aan de ellendigen. Misschien zal er dan verlenging van uw voorspoed zijn.
Als Nebukadnezar zich had afgekeerd van zijn zondige en onrechtvaardige levenswijze, zou het waarschijnlijk anders hebben aflopen. Zoals bij de vorige wereldmacht, Assyrië, waar Jona de opdracht had gekregen om in de hoofdstad Ninevé te gaan prediken om te waarschuwen voor haar vernietiging. Maar in Ninevé toonden de koning en de onderdanen berouw en Ninevé werd gespaard (Jona 3:4-10). Onder Nebukadnezars heerschappij werd Babylon een prachtige rijke stad:
(Jesaja 13:19) 19 Babel, het sieraad van de koninkrijken, de luister en de trots van de Chaldeeën,….
Maar Nebukadnezar had geen berouw van zijn zondige en onrechtvaardige levenswijze.
Hij werd hoogmoedig en ging zichzelf verheerlijken:
(Daniël 4:29-31) 29 Na verloop van twaalf maanden was hij aan het wandelen op het dak van het koninklijk paleis van Babel. 30 De koning nam het woord en zei: Is dit niet het grote Babel, dat ik als een huis voor het koninkrijk gebouwd heb, door mijn sterke macht en ter ere van mijn majesteit? 31 Dit woord was nog in de mond van de koning of er klonk een stem vanuit de hemel: U, koning Nebukadnezar, wordt aangezegd: Het koningschap is van u weggegaan!
Satan heeft de heerschappij tijdelijk ‘afgedwongen’ om te kunnen bewijzen dat mensen niet op een vrijwillige basis hoeven te kiezen voor gehoorzaamheid aan God en Zijn Zoon:
(Zie hiervoor ook: 8. Geef aan God wat God toekomt)
(Lukas 4:6) 6 En de duivel zei tegen Hem: Ik zal U al deze macht en de heerlijkheid van deze koninkrijken geven, want die is aan mij overgegeven en ik geef die aan wie ik maar wil;
Toch kan God als rechtmatige Koning der Koningen de heerschappij van Satan overrulen door het koningschap van een koning te ontnemen en eventueel ook weer terug te geven.
De stam met de wortels, omsloten met een ijzeren en bronzen band, geeft aan dat Gods rechtmatige heerschappij over Zijn volk voor 7 tijden afgegrendeld zal blijven, totdat Gods koninkrijk zal komen.
Het begon met de roeping van Abraham en zal eindigen met de Christenen in de eindtijd.
Nebukadnezar moest nu 7 tijden of ‘7 profetische jaren van 360 dagen’ verblijven bij de dieren van het veld, vernederd voor 7 periodes van heerschappij over Gods volk. Als begin de wereldmacht Egypte, gevolgd door Assyrië, Babylon, Medo-Perzië, Griekenland, Rome en als laatste de VS.
(Op deze 7 wereldmachten komen we in een volgend artikel uitgebreid terug)
Na deze 7 tijden kwam zijn verstand terug en verheerlijkte Nebukadnezar de Koning van de hemel:
(Daniël 4:37) Ik, Nebukadnezar, prijs, roem en verheerlijk nu de Hemelkoning, omdat al Zijn daden waarheid zijn en Zijn paden gerechtigheid: Hij is in staat te vernederen wie in hoogmoed hun weg gaan.
De zeven wereldmachten van afgoderij
Abraham woonde in het Chaldeeuwse UR, waar hij ook was geboren.
De verering van de maangod was de belangrijkste religie in geheel Mesopotamië.
De Assyriërs (Noord Mesopotamië) en de Babyloniërs (Zuid Mesopotamië) kenden het woord Sin als de naam van de maangod.
In de stad Ur en omstreken zijn verschillende steles gevonden van de maangod Sin:
Ook in de familielijn van Abraham werd deze afgod(en) gediend:
(Jozua 24:2) 2 Toen zei Jozua tegen heel het volk: Zo zegt de HEERE, de God van Israël: Aan de overzijde van de rivier hebben uw vaderen van oude tijden af gewoond, namelijk Terah, de vader van Abraham, en de vader van Nahor; en zij hebben andere goden gediend.
Gods volk zal in 7 periodes van wereldmachten worden bestuurd door leiders die hun verstand hebben verloren, die redeloos handelen en nu worden verzameld door de demonen (Op. 16:14).
Na de strijd zal God zijn koningschap weer opnemen samen met Zijn Messias.
Nebukadnezar moest weten en ondervinden dat de Schepper de rechtmatige bevoegdheid heeft, om het koningschap in te trekken. En dat gedurende zijn vernedering alle 7 wereldmachten oneigenlijke wereldmachten zijn omdat Satan de oneigenlijke heerser van deze wereld is:
(Openbaring 13:1-2) 1 En ik zag uit de zee een beest opkomen, dat zeven koppen en tien hoorns had, en op zijn hoorns waren tien diademen, en op zijn koppen een godslasterlijke naam. 2 En het beest dat ik zag, leek op een panter, en zijn poten waren als die van een beer, en zijn muil was als de muil van een leeuw. En de draak (Satan) gaf hem zijn kracht, zijn troon en grote macht.
Daniël hoofdstuk 5
Babylon was een verdorven stad van afgoderij en zou overwonnen worden.
Het grote Babylon zal een verdorven stad van afgoderij zijn en zal vernietigd worden.
In de vallei tussen de rivieren de Tigris en de Eufraat bevond zich de stad Babel, door de Grieken Babylon genoemd.
De laatste Chaldeeuwse koning van Babylon was Nabonidus en hij maakte zijn zoon, kroonprins Belsazar, medekoning (volgens de Naboniduskroniek, een spijkerschrift tablet).
Nabonidus was de zoon van een hogepriesteres van de maangod Sin.
Deze koning van Babylon bood het Joodse volk geen hoop om terug te keren naar Juda:
(Jesaja 14:3-4,16-17) 3 En het zal geschieden op de dag waarop de HEERE u rust zal geven van uw smart, uw onrust en de harde slavenarbeid die men u heeft doen verrichten, 4 dat u dit spotlied zult aanheffen op de koning van Babel, en u zult zeggen: Hoe houdt de onderdrukker op; opgehouden is de onderdrukking!…. 16 Wie u zien, kijken u aan en letten op u: Is dit nu die man die de aarde deed sidderen, die koninkrijken deed beven, 17 die van de wereld een woestijn maakte, haar steden met de grond gelijkmaakte, zijn gevangenen niet losliet om naar huis te gaan?
In Daniël hoofdstuk 5 wordt beschreven dat koning Belsazar een groot feest gaf voor zijn edelen, zijn vrouwen en bijvrouwen en hen wijn liet drinken uit de gouden voorwerpen die Nebukadnezar uit de tempel van Jeruzalem had meegenomen. Daarbij prezen ze hun goden van goud, zilver, koper, ijzer, hout en steen. (Daniël 5:2-4).
Plots verscheen er een hand die een onheilspellende, raadselachtige tekst op de muur schreef.
Daniël verklaarde de betekenis hiervan:
(Daniël 5:22-25) 22 Wat u, Belsazar, zijn zoon, betreft, u hebt uw hart niet vernederd, hoewel u dit alles wist. 23 U hebt zich verheven tegen de Heere van de hemel, want de voorwerpen van Zijn huis heeft men bij u gebracht. En u, uw machthebbers, uw vrouwen en bijvrouwen hebben wijn eruit gedronken, en u hebt uw goden van zilver en goud, koper, ijzer, hout en steen geprezen, die niet kunnen zien en niet kunnen horen en geen kennis hebben. U hebt echter de God in Wiens hand uw adem is en aan Wie al uw paden toebehoren, niet verheerlijkt. 24 Daarom is door Hem het gedeelte van de hand gezonden en dit schrift geschreven. 25 Dit is het schrift dat werd geschreven: MENE, MENE, TEKEL, UFARSIN.
Vervolgens ontcijferde Daniël de geschreven tekst en voorzegde het einde van het Babylonische koninkrijk. Geteld, geteld, gewogen en verdeeld worden. Er stond 2x MENE (geteld) geschreven, waarschijnlijk omdat zowel Belsazar als Nabonidus gewogen en te licht bevonden waren:
(Daniël 5:26-28) 26 Dit is de uitleg van deze woorden. MENE: God heeft de dagen van uw koningschap geteld en Hij heeft er een einde aan gemaakt. 27 TEKEL: u bent gewogen in de weegschaal en u bent te licht bevonden. 28 PERES: uw koninkrijk is verdeeld en het is aan de Meden en de Perzen gegeven. (PERES betekent het eenmalig verdelen, UFARSIN betekent verdeeld worden)
Volgens de Griekse historicus Herodotus werd de Eufraat omgeleid door de Perzen zodat het waterpeil zakte. Zo kon het leger de rivier doorwaden en de burchtstad Babylon binnenkomen.
Diezelfde nacht viel Babylon door het leger van de Perzen en werd Belsazar gedood.
Kores (Cyrus de Grote), koning van Perzië, was als overwinnaar van Babylon in de Schrift voorzegd:
(Jesaja 44:28) 28 Die over Kores zegt: Hij is Mijn herder, en hij zal al Mijn welbehagen volbrengen, door tegen Jeruzalem te zeggen: Word gebouwd, en tegen de tempel: Word gegrondvest.
Cyrus Cylinder
De Cyrus cilinder waarop Kores (Cyrus de Grote) de Perzische verovering van Babylon omschrijft.
Na de overwinning van Kores werd Darius de Mediër koning van Babylon.
Omtrent Darius de Mediër zijn veel vraagtekens, buiten de Bijbelse geschiedenis is hij niet terug te vinden. Waarschijnlijk is hij door Kores aangesteld (Daniël 9:1) als ‘koning van de Chaldeeën’.
Volgens onderstaande Schriftplaats zijn de koningen van Medië betrokken geweest bij de aanval op Babel, alhoewel het rijk van de Mediërs toen al geruime tijd door de Perzen overwonnen was. Darius de Mediër zal zich als bestuurder een loyale bondgenoot van de Perzen hebben betoond:
(Jeremia 51:11-13) 11 Slijp de pijlen scherp, vul de kokers! De HEERE heeft de geest van de koningen van Medië opgewekt, want Zijn plan met Babel is om het te gronde te richten, want dit is de wraak van de HEERE, de wraak voor Zijn tempel. 12 Hef een banier omhoog tegen de muren van Babel, versterk de bewaking, stel wachters op, leg hinderlagen! Wat de HEERE Zich immers voorgenomen heeft, zal Hij ook doen: wat Hij gesproken heeft over de inwoners van Babel. 13 U die woont aan grote wateren, die rijk bent aan schatten, uw einde is gekomen, de maat van uw winstbejag.
Het oude Babylon was volgens Jeremia rijk aan schatten en had een grote mate van winstbejag.
Maar hoe zit het dan met het grote Babylon (Op. 14:8)?
Het grote Babylon is ook rijk aan schatten of vermogens en heeft ook een grote mate van winstbejag.
In oktober 2017 kondigde kroonprins Mohammed bin Salman van Saoedi-Arabië een bouwproject aan voor een stad met een investering van $ 500 miljard.
De financiële instituten zoals de banken, verzekeringsmaatschappijen, investeringsmaatschappijen, enz. investeren massaal in een grote stad, NEOM.
Het project met de naam NEOM omvat steden en industrie en wordt met 25.000 km² bijna net zo groot als België en volgens de promotie net zo groot als 33 x New York.
Het woord NEOM betekent ‘Nieuwe Toekomst’.
‘In 2025 moet de eerste fase van de bouw zijn afgerond’, meldde persbureau Reuters.
De rode marker op het rechtse plaatje is de berg Jebel Al-Lawz, de berg Sinaï.
NEOM wordt dus gesitueerd op de plek, waar ook het oude Midian lag.
Dit is over de doelstelling van NEOM te vinden op hun site:
‘De gezondheidszorg van morgen zal zijn aanvang hier hebben. De wereld zal naar NEOM kijken voor de volgende generatie gentherapie, genomica, stamcelonderzoek, nanobiologie en bio-engineering.’
Maar wie zich zal verheffen en wie God zal minachten, die zal weten dat YHWH onze God is:
(Jesaja 46:5,9-10) 5 Met wie wilt u Mij vergelijken en met wie op één lijn stellen? Met wie wilt u Mij meten, dat wij elkaars gelijken zouden zijn? …. 9 Denk aan de dingen van vroeger, van oude tijden af, dat Ik God ben en niemand anders. Ik ben God, en er is er geen als Ik, 10 Die vanaf het begin verkondigt wat het einde zal zijn, van oudsher de dingen die nog niet plaatsgevonden hebben;…
Want hoe zal het aflopen met NEOM, het grote afgodische Babylon?
(Openbaring 18:17-21) 17 En elke stuurman, al het volk op de schepen, zeelieden en allen die op zee hun werk doen, bleven van verre staan, 18 en zij riepen toen zij de rook van haar verbranding zagen: Welke stad was aan deze grote stad gelijk? 19 En zij wierpen stof op hun hoofd en riepen huilend en treurend: Wee, wee de grote stad, waarin allen die schepen op zee hadden, rijk zijn geworden door haar weelde. Want in één uur is zij verwoest. 20 Verblijd u over haar, hemel, heilige apostelen en profeten, want God heeft uw vonnis aan haar voltrokken. 21 En een sterke engel hief een steen op als een grote molensteen, en wierp die in de zee, en zei: Zó zal Babylon, de grote stad, met geweld neergeworpen worden, en het zal nooit meer gevonden worden.
De vrouw (met de naam op haar voorhoofd; het grote Babylon, de moeder van de hoeren en van de gruwelen der aarde) vertegenwoordigd de banken en financiële instituten. Deze vrouw (of banken en financiële instituten) zal door de 10 ongekroonde koningen van de centrale banken gehaat en compleet verwoest worden (Op. 17:16).
Tot slot:
Steeds zien we in het boek Daniël dat trouw blijven onder verdrukking wordt beloond.
Samenvatting deel 2:
De aanbidding van het gouden beeld van Nebukadnezar en de redding van de getrouwe Joodse jongemannen uit de vuuroven.
De tegenbeeldige aanbidding van het beeld en de redding van getrouwe Christenen voor het vuur.
Gods volk zou vanaf de roeping van Abraham in 7 periodes van wereldmachten bestuurd gaan worden door koningen die hun verstand verloren hadden.
De verstandeloze 7 wereldmachten lopen nu teneinde. Wat zich nu wereldwijd afspeelt, is dat de demonen uit gaan naar de bestuurders om hen te verzamelen voor de grote climax (Op. 16:14).
Babylon was een verdorven stad van afgoderij en zou overwonnen worden.
Het grote Babylon zal een verdorven stad van afgoderij zijn en zal vernietigd worden.
In het volgende artikel komen opnieuw opbouwende voorbeelden voor Christenen aan bod.